Почитай текст и выучи новые слова!!!
Dante Gabriel Rossetti
Van 27 februari t/m 6 juni 2004 in het Van Gogh Museum



19 augustus 2003 - Gemeente Amsterdam i.s.m. Amsterdam Toerisme & Congres Bureau
с 27 февраля по( включительно) 6 июня 2004 в музее Ван-Гога

Bekijk de overzichtstentoonstelling van de Engelse, Victoriaanse kunstenaar Dante Gabriel Rossetti (1828-1882). Zijn schilderijen zijn enorm populair, maar nog bekender zijn de reproducties van zijn werk. Vooral bekend zijn de roodharige femme-fatales met zwoele, getuite lippen.


Rossetti''s schilderijen laten vrouwen zien in een rijke, Venetiaanse omgeving vol verborgen symboliek. Op de expositie worden ook waterverfschilderijen met middeleeuwse onderwerpen, met felle kleurcontrasten tentoongesteld. Deze schilderijen roepen lust en passie op. De Rossetti-tentoonstelling omvat tweehonderd schilderijen, enkele meubels, foto''s en sieraden. Daarnaast zijn er talloze tekeningen te zien van zijn geliefde model Elizabeth Siddal.
«Посети выставку Анг.художника Викторианской эпохи.
Его картины бесконечно популярны, но более известны репродукции его работ.
Бесконечно известны его крановолосые фатальные женщины со сладострастными,полными губами.
Картины Розетти показывают женщин в богатых Венецианских окрестностях полных потаенного смысла.
На экспозиции представлены акварели средневековых тематик демонстрирующими яркие цветовыые контрасты.
Эти картины зовут к страсти и желанию.
Выставка охватывает 200 картин, экспонаты мебели, фото и украшения.
При этом выставлено бесконечное множество рисунков его возлюбленной модели Elizabeth Siddal.
HERONTDEKKING
De laatste grote overzichtstentoonstelling was in Londen 1973. Nu, na dertig jaar tijd voor een herontdekking. De tentoonstelling is samengesteld rond thema''s als Liefde en moraal, de romantische middeleeuwen en Beauties of the 1860s.
De expositie over Dante Gabriel Rossetti behandelt de meest fascinerende en misschien wel belangrijkste kunstenaar uit de groep der Prerafaëlieten. Rossetti was oprichter van deze groep. De Prerafaëlieten hebben een bijzondere tekenstijl met onderwerpen gebaseerd op verhaalfiguren. Vanaf 1860 ontwikkelde hij de voor hem zo karakteristieke vrouwenfiguren. Ze symboliseren de macht van de vrouw over de man.

« Повторное открытие.
Последняя большая выставка была в Лондоне в 1973.
Сейчас после 30 лет это повторная выставка.
Экспозиция воспроизведена вокруг тем Любовь и Мораль, романтические средн. Века и Красота 1860.
Экспозиция о Dante Gabriel Rossetti рассматривает наиболее очаровательные и возможно наиболее известного художника группы около-рафаелевского периода. Rossetti был основателем этой группы. Группа имеет неповторимый стиль с тематиками основанными на повторяющихся фигурах.
С 1860 он разрабатывал такие характерные жинские фигуры..Они символизируют власть женщины над мужчиной.
ПОСТАРАЙСЯ ВЫУЧИТЬ НОВЫЕ СЛОВА!!!

Слабые глаголы
Глагол " werken'' (работать) может служить моделью для группы так называемых слабых глаголов, которые спрягаются абсолютно одинаково и образуют различные времена глаголов по одним и тем же принципам. Эти глаголы называются " слабыми ", потому что основа глагола, в данном случае " werk ", никогда не изменяются.

Пример: werken ( работать)

Present Indefinite:
Past Indefinite:
Present Perfect:

1. Ik werk
ik werkte
ik heb gewerkt

2. Jij werkt
jij werkte
jij hebt gewerkt

3. Hij werkt

Zij werkt

Het werkt
hij werkte

zij werkte

het werkte
hij heeft gewerkt

zij heeft gewerkt

het heeft gewerkt

1. Wij werken
wij werkten
wij hebben gewerkt

2. Jullie werken
jullie werkten
jullie hebben gewerkt

3. Zij werken
zij werkten
zij hebben gewerkt


Luisteren (слушать)

Present Indefinite:
Past Indefinite:
Present Perfect:

1. Ik luister
ik luisterde
ik heb geluisterd

2. Jij luistert
jij luisterde
jij hebt geluisterd

3. Hij luistert

Zij luistert

Het luistert
hij luisterde

zij luisterde

het luisterde
hij heeft geluisterd

zij heeft geluisterd

het heeft geluisterd

1. Wij luisteren
wij luisterden
wij hebben geluisterd

2. Jullie luisteren
jullie luisterden
jullie hebben geluisterd

3. Zij luisteren
zij luisterden
zij hebben geluisterd


Слова, которые имеют k, f, s, ch, или p перед " -en " инфинитиве, типа " werken " приведенного выше, образуют прошедшее время посредством -t; все другие слабые глаголы присоединяют -d.

Другие глаголы из этой группы: wandelen (гулять), poetsen (чистить щеткой), fietsen (ездить на мопеде или мотоцикле), branden (гореть), winkelen (идти за покупками), antwoorden (ответить), regenen (идти (о дожде)), tekenen (рисовать (карандашом)), oefenen (практиковаться, заниматься), и zeilen (плыть под парусом).

31 упражнение.

Проспрягайте слова предыдущего параграфа в соответствии спримерами, приведенными выше.

Глагол" wonen'' (жить, проживать) также является " слабым ", т. к. его основа не изменяется. Слова подобного типа помещены в отдельную группу из-за различия в произношении.

Wonen

Ik woon
ik woonde
ik heb gewoond

Jij woont
jij woonde
jij hebt gewoond

Hij woont
hij woonde
hij heeft gewoond

Wij wonen
wij woonden
wij hebben gewoond

Jullie wonen
jullie woonden
jullie hebben gewoond

Zij wonen
zij woonden
zij hebben gewoond


Основа глагола " branden " заканчивается на " d " (brand). Если "de(n) присоединяется в прошедшем времени, то d удваивается.

Branden

Ik brand
ik brandde
ik heb gebrand

Jij brandt
jij brandde
jij hebt gebrand

Hij brandt
hij brandde
hij heeft gebrand

Wij branden
wij brandden
wij hebben gebrand

Jullie branden
jullie brandden
jullie hebben gebrand

Zij branden
zij brandden
zij hebben gebrand




Другие глаголы, которые принадлежат к этой группе: leren (учиться), maken (делать), smaken (иметь вкус), spelen (играть), parkeren (парковать), horen (слышать), koken (готовить или кипеть), lenen (предоставлять ссуду или занимать в долг), plagen (дразнить), halen (выбирать), и menen (означать).

Упражнение 32.

Проспрягайте глаголы, данные выше во всех трех временах.

Времена глагола " zijn ":

Ik ben
ik was
ik ben geweest

Jij bent
jij was
jij bent geweest

Hij is
hij was
hij is geweest

Wij zijn
wij waren
wij zijn geweest

Jullie zijn
jullie waren
jullie zijn geweest

Zij zijn
zij waren
zij zijn geweest




Tenses " hebben ":

Ik heb
ik had
ik heb gehad

Jij hebt
jij had
jij hebt gehad

Hij heeft
hij had
hij heeft gehad

Wij hebben
wij hadden
wij hebben gehad

Jullie hebben
jullie hadden
jullie hebben gehad

Zij hebben
zij hadden
zij hebben gehad


Упражнение 33.

Замените настоящее время прошедшими в следующих предложениях:

1. Ik heb een zusje.

2. Wij hebben een mooi huis.

3. Jij hebt een broer.

4. Hij heeft drie kinderen.

5. Jullie hebben een tafel.

6. Zij heeft twee zusjes.

7. Zij hebben een huis.

Глаголы, выражающие движение или изменение состояния:

Глаголы " komen " (приходить), " gaan'' (идти), " worden'' (становиться), " gebeuren'' (случаться), " zijn ", и некоторые другие глаголы, выражающие движение, типа " fietsen ", " zwemmen " (плавать), " rijden " (ехать), " vertrekken " (уезжать, отправляться), " lopen " (ходить, гулять) и т.д., образуют прошедшее время с помощью вспогательного глагола " zijn ".

Ik ben gekomen
jij bent gekomen
hij is gekomen, и т.д.

Ik ben gegaan
jij bent gegaan
hij - gegaan, и т.д.


Ik ben (naar school (в школу)) gefietst, и т.д.

Также: trein is vertrokken (поезд отправился), и т.д.

Het is gebeurd (это случилось), и т.д.

Het is koud geworden (это стало холодным, т.е. остыло), и т.д.

Также: hij is geboren (он родился), и т.д.

Hij is gestorven (он умер), и т.д.

Zij is getrouwd (она вышла замуж), и т.д.

Упражнение 34.

Дайте правильную форму глагола в прошедших временах:

1. Ik (zijn) (g)een meisje.
2. Mary (zijn) ook een meisje.
3. (Zijn) jij een man of een vrouw?
4. Hij (hebben) een goed boek.
5. (Hebben) jij ook een mooi boek?
6. De jongen (wandelen) in de tuin.
7. Mary (werken) in de stad.
8. (Luisteren) jullie naar de radio?
9. Philip (luisteren) niet.
10. Hij (praten) te veel.
11. De atleet (oefenen) elke morgen (утро).
12. Waar (planten) je vader de boom?
13. Ik (kennen (знать) de vrouw niet.
14. Suzan (branden) haar vinger.
15. (Zagen (пилить, рубить) jij het hout voor het vuur?
16. (Wonen) (жить) je vriendin in Grand Rapids?
17. Nee, zij (wonen) in Grand Haven.
18. Ik (pakken) het boek van de tafel.
19. Waar (zijn) het boek?
20. Het kind (spelen) (играть) buiten (снаружи).
21. Waar (maken) ze auto''s?
22. Zij (ед.ч.) (studeren) Nederlands.
23. De student (beantwoorden) de vraag (вопрос).
24. (Oefenen) jij elke (каждый) dag op de piano?
25. De speler (raken) (касаться) de bal (мяч).
Упражнение 35.

Замените настоящее время на прошедшие в следующих предложениях:

1. Meneer Van Dam werkt in Amsterdam.
2. Hij heeft een mooi huis.
3. Hij woont niet in de stad.
4. Is zijn vrouw ziek?
5. Mevrouw Van Dam fietst elke dag naar de stad. (motion)
6. Haar dochter (daughter) gaat(ging - gegaan: to go) ook naar
de stad.
7. Zij praten met de bakker.
8. De bakker bakt (bakte - gebakken) heerlijk (delicious)
brood.
9. Het regent vaak (often) in Nederland.
10. De studenten luisteren naar (to) de leraar (teacher).
11. Zij kennen de goede antwoorden.
12. Ik hoor een man in het huis.
13. Mijn zuster leert elke dag veel nieuwe woorden.
14. Wij oefenen in de garage.
15. De groente van de markt smaakt heerlijk.
16. Lenen jullie altijd geld bij de bank?
17. De baby speelt in de kinderkamer.
18. Vader parkeert zijn auto voor de voordeur.
19. Kook jij de groente altijd zo lang?
20. De vrouwen winkelen in de stad.
21. Het vuur brandt al(already) een uur.
22. Ik zeil graag(with pleasure) op het IJsselmeer.
23. Waarom (why) beantwoord je mijn vraag niet?
24. Zij halen (to fetch) de fiets uit (from) de schuur (shed).
25. Wim plaagt de hond.
Инверсия существительного и глагола

Обычный порядок голландского предложения:

1. Подлежащее 2. Сказуемое 3. Другие члены предложения.

Если наречие или другие части речи по некоторым причинам предшествуют подлежащему, порядок слов в предложении становится обратным.

1. 2.:

Mevrouw van Dam heeft drie kinderen.

2. 1.:

Nu (теперь) heeft mevrouw van Dam drie kinderen.

Упражнение 36.

Перепишите следующие предложения, начиная их со слов "vandaag" (сегодня) и "gisteren" (вчера), (т.е. в прошедшем времени):

Hij woont in Leiden.
Wij hebben drie kinderen.
Het kind speelt in de tuin (yard).
Henk luistert naar(to) de radio.
Hannie oefent op(on) de piano.
Vader werkt in de tuin.
Jullie fietsen naar Amsterdam.
Zij parkeren de auto in de garage.
Moeder kookt het eten (the food).
Niet:

" Niet " обычно следует за глаголом:

Wij gaan naar huis.

Wij gaan niet naar huis.

Как правило " niet " предшествует наречию, которое оно отрицает: Hij eet veel (он ест много) - Hij eet niet veel (он не ест много)

" Niet " обычно следует за объектом: Ik zie (вижу) hem - Ik zie hem niet.

Положительной формой " niet " является " wel ".

Пример: Henk werkt niet. Wim werkt wel. (Хенк не работает. Вим работает.). Henk houdt niet van fietsen. Wim houdt wel van fietsen. (Wim wel.)

Упражнение 37.

Дайте правильную форму глагола, затем перепишите предложения в прошедших временах.

Vandaag (koken) hij aardappelen en groente.
Jij (luisteren) niet goed naar mij.
Wim (oefenen) vijf keer per week.
De atleten (wonen) in het olympisch dorp(village).
Zij (praten) met hun trainers.
Ik (horen) niet veel.
(Branden) het vuur goed?
De kinderen (spelen) op straat.
Het (regenen) de hele dag.
In de zomer (zeilen) wij veel.
Nieuwe woorden:

Winkel - память

Het kantoor - ведомство

Stad - город

Het eten - продовольствие, пища

Aardappel - картофель

School - школа

Groente - овощи

Muziek - музыка

De piano - фортепьяно

Het uur - час

Het huiswerk - домашняя работа или задание

De kilometer - километр

Tekenen - рисовать (карандашом)

Fietsen - ездить на мопеде или мотоцикле

Houden van - нравиться

Doen - делать

Spelen - играть

Koken - готовить, кипеть

Winkelen - идти за покупками

Oefenen - осуществлять, обучать, заниматься

Buitenshuis - вне дома

Gisteren - вчера

Vanmorgen - сегодня утром

Middag - полдень

Avond - вечер

Nacht - ночь

Verleden week - прошлая неделя

" - " Jaar - " - " год

" - " Maand - " - " месяц

Elk(e) - каждый

Ook - также

Bij - в

Met - с

Heerlijk - восхитительный

Eerst - сначала

Verder - далее

Zoveel - так много, многие

Toen - тогда (в прошлом)

Duizend (en) - тысяча (и)

Waar - где

Vandaag - сегодня

Maandag - понедельник

Dinsdag - вторник

Woensdag - среда

Donderdag - четверг

Vrijdag - пятница

Zaterdag - суббота

Zondag - воскресенье

Duitsland - Германия

Frankrijk - Франция

Spanje - Испания

Zwitserland - Швейцария

Oostenrijk - Австрия

Rusland - Россия

Belgie - Бельгия

ZATERDAG BIJ DE VAN DAMS
Meneer Van Dam werkt in een kantoor. Zijn kantoor is in de stad. Vandaag werkt hij niet: het is zaterdag. Gisteren heeft hij wel gewerkt.
Mevrouw Van Dam werkt niet buitenshuis. Ze is vanmorgen naar de winkel geweest. De kinderen zijn vandaag niet naar school geweest. Hannie is met haar moeder naar de winkel geweest. Zij heeft ook getekend. Zij houdt van tekenen. Zij heeft vanmorgen een mooi huis getekend.
Wim houdt van fietsen. Hij heeft verleden jaar duizenden kilometers gefietst. Eerst is hij naar Belgie en Duitsland gefietst. Toen is hij naar Frankrijk en Zwitserland gefietst.
Henk houdt niet van fietsen. Hij houdt van muziek. Hij speelt piano. Hij oefent elke dag. Hij heeft vanmorgen twee en een half uur geoefend.
Moeder houdt niet zo veel van huiswerk. Zij houdt van koken. Zij kookt heerlijk. Gisteren heeft zij groente en aard- appelen gekookt. Het smaakte heerlijk.

Нидерландские стихи, сайты, упражнения, все уроки:
WAT IS DIT??
произношение в нидерландском языке
артикли
читаем и учим нидерландский
Как не умереть от безответной любви. И другие ответы на ваши вопросы.Духовная переписка.
Напишите мне


 
Hosted by uCoz